Column

Als meisjes nee zeggen maar ja bedoelen

15-08-2013 11:19

Deze column durf ik eigenlijk niet te schrijven. Ik ga namelijk iets doen wat niet mag. Ik ga het hebben over verkrachting en ik ga betogen dat meisjes die nee zeggen soms ja bedoelen. In de Tweede Golf hebben feministen keihard gestreden om een einde te maken aan victim blaming. Verkrachting is nooit de schuld van het slachtoffer, zo hebben we geleerd. Het maakt niet uit wat je draagt of waar je loopt of op welke tijd je je in de publieke ruimte begeeft: het is bespottelijk om te stellen dat iemand zo’n dermate wrede mishandeling uitlokt. En toch moeten we, juist als feministen, kijken naar de momenten waarop meisjes liegen.

Verkrachtingscultuur

Victim blaming is nog lang niet uitgeroeid. Her en der duiken zulke argumenten steeds weer op. Niet alleen bij gelovigen die vinden dat vrouwen zichzelf moeten onttrekken aan de blikken van mannen, maar ook bij artsen die zeggen dat meisjes niet zo veel mogen drinken omdat zich dan makkelijk tot prooi maken. Dat komt, zo stellen sommige feministen, omdat wij in een verkrachtingscultuur leven.

Dit is een cultuur waar verkrachting niet wordt gezien als iets dat uitgebannen moet worden, maar als iets dat nou eenmaal gebeurt. Die houding leidt ertoe dat daders beschermd worden. Victim blaming is onderdeel van verkrachtingscultuur, net als het trivialiseren van seksueel geweld (‘boys will be boys’) en het niet serieus nemen van aanklachten.

Dit gebeurt allemaal veelvuldig, zo leren de Steubenville-zaak en een aantal recente berichten over Amerikaanse colleges ons. Schrijnend is het Amerikaanse leger, waar vrouwelijke soldaten in Afghanistan wc-bezoek vermeden omdat bij de latrines verkrachting welig tierde. Het is geenszins alleen een Amerikaans probleem. Toen columniste Asha ten Broeke verkrachting aansneed kreeg zij een krankzinnige stroom van beledigingen over zich heen die aantoont dat zo’n cultuur ook in Nederland bestaat.

Verkrachtingsmythe

Die verkrachtingscultuur komt natuurlijk ergens vandaan. Eeuwenlange patriarchale overheersing heeft ervoor gezorgd dat mensen ferme ideeën hebben over de seksualiteit van mannen en vrouwen. Een significante factor daarbij zijn verkrachtingsmythes, bijvoorbeeld het idee dat meisjes ja bedoelen als ze nee zeggen. Onderzoek (lekensamenvatting) laat zien dat mensen die zulke mythes geloven ook een sterker ‘verkrachtingstemperament’ hebben – wat dat ook moge zijn (in een volgende column zal ik zulk onderzoek bespreken).

Zo is er de mythe dat er heel veel valse aangiftes worden gedaan. In feite zijn die cijfers extreem laag: in Groot-Brittannië gaat het om 35 valse aangiftes op een totaal van 5651 aangiftes – 0,6 procent. Deze mythe is schadelijk voor slachtoffers omdat hij wordt ingezet om beschuldigingen in twijfel te trekken of verdacht te maken. Verkrachtingsmythes moeten daarom worden ontkracht.

Niet alleen de schuld van mannen

Er ontbreekt echter iets in de analyse. Mythes en cultuur komen niet uit de lucht vallen. Ze worden in stand gehouden door mensen. In de diagnose wordt meestal gesteld dat vage actoren en instituties als ‘de media’ dit doen. Daarnaast wordt er duidelijk gewezen naar één groep: mannen. Mannen zijn het vaakst pleger van verkrachting, dus dan zal die cultuur ook wel door hen komen – zo is de gedachtegang. Deze deconstructie van verkrachtingscultuur is eenzijdig. Dankzij het fikse veto op victim blaming blijven meisjes en vrouwen buiten schot.

Maar meisjes en vrouwen zijn ook de makers van cultuur en de doorgeefluiken van mythes. Hun normen en waarden en de gedragingen die daaruit voortvloeien dragen ook bij aan de manier waarop mensen denken over seksualiteit. Het is daarom belangrijk dat we die normen en waarden meenemen in de analyse.

Onder meisjes en vrouwen bestaat er nog steeds een groot taboe op seksuele promiscuïteit. Er heerst een dubbele moraal en ook het vrouwelijk geslacht houdt die in stand. Een vrouw die veel bedpartners heeft of direct seks met iemand heeft wordt gestigmatiseerd als hoer. Deze norm zien we terug in onzin als The Rules, het goedverkopende zelfhulpboek over daten. Het is het idee dat je niet de melk mag weggeven voordat de koe is gekocht. Die misplaatste netheid leidt tot ‘nee’, ongeacht van wat je wilt. Het is je laten vingeren op de eerste date, maar vaginale seks weigeren ‘uit principe’. Het is hevig met iemand sexten maar in real life de seksuele boot afhouden.

Liegende meisjes

Onze maatschappij leert meisjes onterecht dat seks vooral iets is dat jongens willen. We leren ze om vooral niet te luisteren naar hun eigen seksualiteit en verlangens. In plaats daarvan wordt seks een onderhandelingsmiddel waarmee je zorgt dat een man zijn best voor je moet doen. Seksueel plezier raakt zo ondergeschikt aan vermeende kansen op de liefdesmarkt. Deze boodschap leidt ertoe dat meisjes denken dat ze nee moeten zeggen terwijl ze ja bedoelen. Natuurlijk geldt dit niet voor iedereen. Er zijn vrouwen (en mannen) die eerst iemand beter willen leren kennen voordat ze seksueel intiem zijn – en daar is niets mis mee. Het gaat hier om degenen die wel willen maar zich inhouden, omdat ze denken dat dat beter is voor hun reputatie; omdat ze denken dat de ander ze anders niet zou willen.

Die vrouwen bestaan en hun tegenstrijdige signalen werken verwarrend. Hoewel hun gedrag verklaarbaar is, dragen ze nog steeds verantwoordelijkheid. Een gemengde boodschap misleidt de ander. Bedanken voor seks terwijl je overloopt van geilheid betekent dat je nee zegt terwijl je ja bedoelt. Daarmee houd je een verkrachtingsmythe in stand en draag je dus bij aan verkrachtingscultuur. Dat moet stoppen. Uit naam van de vrouwenzaak dient zulk gedrag bestreden te worden.